line_410904171730432

Joram Wijnstra clubheld in Indonesië: ‘Soms grenst de zijlijn aan de jungle’

In het derde jaar van zijn bachelor Spatial, Planning & Design vertrok Joram Wijnstra voor zijn studie een half jaar naar het Indonesische Yogyakarta. Hij schreef zich uit bij zijn cluppie VV Noordwolde en zocht een club aan de andere kant van de wereld. Dat werd een avontuur om nooit te vergeten. ‘Als je sprint met de bal aan je voet, zie je de kippen voor je alle kanten opstuiven.’

Vanaf het moment dat hij zijn ticket geboekt had, stond voetballen in Indonesië bovenaan het wensenlijstje van de 20-jarige linksbuiten van VV Noordwolde. Op de website van de universiteit kon hij echter niets vinden over een voetbalteam. Doorzoekend stuitte hij op twee profclubs in de regio waar hij ging wonen. ‘Eén speelde op het hoogste niveau, de ander één niveau daaronder. Tijd om de stoute schoenen aan te trekken, dacht ik.’ Hij mailde beide clubs, inclusief een zelf gemaakt spelersprofiel. ‘Resultaat: nul reactie.’ Hij schiet in de lach. ‘Tsjah, wist ik veel. Toen heb ik het vliegtuig gepakt en ben deze kant op gevlogen. Ik zou het ter plekke wel regelen.’

Verfraaid spelersprofiel

Aangekomen in Yogyakarta kwam Wijnstra via een sportmarkt in contact met de voetbaltak van zijn universiteit. Ze vroegen om zijn spelersprofiel. ‘Maar ik had nog altijd geen enkel idee van het niveau. Daarom moest ik van mezelf het zekere voor het onzekere nemen. Dus heb ik mijn profiel wat eeuhm… mooier gemaakt. Ik moest natuurlijk niet hebben dat ze dachten: deze jongen heeft vijftien jaar alleen maar bij Noordwolde gespeeld, die kan er waarschijnlijk niks van. Wat ik erbij bedacht heb? Dat ik in de jeugd van FC Groningen rondgelopen had. Leek me niet dat ze dat gingen checken. Ik wilde niet afgewezen worden, ik wilde verdorie gewoon lekker voetballen.’

Ik wilde niet afgewezen worden, ik wilde verdorie gewoon lekker voetballen

Wijnstra mocht langskomen voor de selectietraining. Het was best een goed niveau, maar hij merkte dat hij prima mee kon komen. Dat goede gevoel bleek terecht, toen hij na de training toegelaten werd tot Universitas Gadja Mada (UGM). ‘Je hebt het hoogste niveau in onze categorie, dat zijn de jeugdteams van de profclubs’, begint hij zijn uitleg over de competitie. ‘Vergelijkbaar met Jong FC Groningen, Jong PSV etc. Wij spelen in de league daaronder tegen allemaal teams uit verschillende regio’s rondom de stad. Universiteitsteams, maar ook gewoon wat je in Nederland dorpsclubs zou noemen waar je lid van kan worden.’

Genieten en nul tactiek

Terug naar zijn eerste training. Daar maakte Wijnstra kennis met de lokale cultuur. ‘Ze vonden het geweldig dat ik er was. Het maakt ze niet uit wie je bent, je wordt ontzettend gewaardeerd. Veel jongens uit mijn team zien niet veel blanke mensen. Ze hebben een speciaal woord voor blanke mensen, namelijk bule (spreek uit: bulé). Dat is ook mijn bijnaam hier, het staat op de achterkant van één van mijn trainingsshirtjes.’ Bule begon als linksbuiten, maar de coach besliste snel anders. ‘Hij dacht waarschijnlijk: we hebben eindelijk een lange jongen, dus die gaat in de spits. Daar ben ik ook blijven staan.’

Wijnstra geeft een kijkje in de keuken bij UMG. Kleedkamers hebben ze niet. Ze gaan gewoon naar het veld en kleden zich daar om. De velden bestaan voornamelijk uit zand. Vanwege de droogte is er geen sprake van een grasmat. ‘Soms voetbal ik op een soort combinatie van gravel en steen. Ik heb nooit begrepen waarom we op noppen moeten spelen, want die gaan helemaal niet in het veld. Zaalschoenen zou een betere optie zijn.’

Dan tikt een teamgenoot me even aan: ‘‘Wel genieten, hé? Wees blij!’’

Maar de jonge aanvaller uit het Groningse Zuidwolde maakt zich nergens druk om. Hij geniet vooral. ‘Natuurlijk wil iedereen hier ook winnen, maar het is minder prestatiegericht dan in Nederland’, laat hij weten. ‘Soms heb ik weleens dat ik enorm gefocust ben tijdens een wedstrijd. Dan tikt een teamgenoot me even aan: ‘‘Wel genieten, hé? Wees wel blij!’’. Dat heerst in de cultuur, het is allemaal wat relaxter. Dat vind ik wel lekker.’ En zo is het ook op tactisch gebied. Bij het eerste elftal van Noordwolde komt er toch wel een beetje tactiek kijken. ‘Daar proberen we elke wedstrijd een plan te bedenken’, vertelt Wijnstra. ‘Dat is hier niet het geval. De coach en trainer roepen dat we er fel op moeten zitten, van moeten genieten en dan wensen ze ons succes. Echt nul tactiek. Ook dat is lekker, je bent heel vrij in het veld. Dat past goed bij me.’

Ingooien in de jungle

Ook valt hij van de ene verbazing in de andere. Zo is er voor elke wedstrijd een officieel viertal aangesteld: een scheidsrechter, twee grensrechters en een vierde official. ‘En het respect voor de scheidsrechter is groot. In deze cultuur zeurt niemand op hem, niemand durft iets te zeggen. Ik ben ook helemaal niet zo’n type speler, maar in mijn eerste wedstrijd gaf-ie eentje en dat was echt onzin. Dus ik zei: ‘‘hé ref, what are you doing?’’. Daar schrok iedereen nogal van, haha! Nooit meer gedaan daarna.’

‘Het lijkt best professioneel, zo’n viertal’, gaat Wijnstra verder. ‘Maar dat is het hier verder niet echt. Bij enkele uitwedstrijden speel je echt heel erg achteraf. Soms staan de palmbomen direct naast het veld, soms grenst de zijlijn aan de jungle. Dat wil bij inworpen nog weleens een grappig beeld geven. Komt er ineens iemand uit de jungle rennen met een bal. En er rennen ook altijd wel een paar kippen door het veld. Dat is meer regel dan uitzondering. Sprint je vol met de bal aan de voet richting het doel, zie je allemaal kippen voor je weg schieten. Die stuiven echt alle kanten op. Eerst vond ik dat apart, nu is het normaal.’

Clubheld en waardering

Zijn prestaties in de competitie zijn kort gezegd prima te noemen. In Nederland is Wijnstra ondanks zijn aanvallende positie geen doelpuntenmachine. ‘Zeg maar gerust dat ik heel weinig scoor.’ In Indonesië laat hij het netje regelmatig bollen. ‘Ik ben topscoorder van de competitie. Dat komt ook omdat ik de penals neem. Goed verhaal ook trouwens. In mijn eerste wedstrijd kregen we een penalty. Iedereen zei dat ik hem moest nemen. Ik had nog nooit een penal genomen, maar iedereen moedigde me aan. Die ging er gelukkig in. Toen was ik ineens de penaltynemer. Bij een vrije trap gebeurde later hetzelfde. Maar een vrije trap op doel schieten kan ik echt niet. Die ging heel diep de jungle in. Ze gunnen je alles. En ik kop voorzetten binnen. In Nederland kopte ik nooit, maar ja, hier ben ik groter dan iedereen. Toch komen de prestaties vooral door hoe ik hier opgevangen werd. De waardering, dat gaf vertrouwen. Dan voetbal ik best lekker.’

Dat blijkt. Niet voor niets werd hij zelfs door vijf- tot zeshonderd toeschouwers toegezongen. Wijnstra grinnikt even. ‘Nou, daar zit een verhaal aan. We hadden een belangrijke pot, en daar was wat promotie voor gedaan. Wij hebben een tribune bij ons veld. Supporters en mensen van de universiteit kwamen met een enorm spandoek en zelfs een choreografie. Ze bleven echt negentig minuten zingen. Dat is in Indonesië heel normaal, ook bij profclubs worden de teams non-stop toegezongen en aangemoedigd. Na de wedstrijd werden er fakkels ontstoken, totale gekte. Mooi om mee te maken.’

Komt er ineens iemand uit de jungle rennen met een bal

In januari 2020 meldt Wijnstra zich weer bij de plaatselijke voetbalvereniging in het dorpje Noordwolde. Dat wordt weer even wennen. ‘Hier speel ik met allemaal Indonesiërs en twee Japanners. Maar voetbal is altijd geweldig. Veel klasgenoten spraken niet goed Engels of durfden niet met mij te praten. Mijn teamgenoten spraken ook weinig Engels, maar de voetbaltaal is universeel. We begrepen elkaar zonder dezelfde taal te spreken. Via het voetbal leerde ik ook de taal en kwam ik in contact met lokale mensen. Het was een manier om de taal te leren en vrienden te maken. Naast het voetbalavontuur heeft het me veel moois gebracht.’

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp

Over de Bal neemt jou met achtergrondverhalen en reportages mee in
de magische wereld van het Nederlandse amateurvoetbal.

Copyright © 2018 - 2024 | Over de Bal

Over de Bal neemt jou met achtergrondverhalen en reportages mee in
de magische wereld van het Nederlandse amateurvoetbal.

Copyright © 2018 - 2024 | Over de Bal