00-uitgelicht

Niklas Tarvajärvi: ‘De derde helft blijft moeilijk voor me’

Op 22-jarige leeftijd maakte Niklas Tarvajärvi voor het eerst kennis met Nederland. SC Heerenveen zag in de Finse aanvaller hun nieuwe doelpuntenmaker. In Friesland kwam hij echter vooral als stormram binnen de lijnen. Via omzwervingen in binnen- en buitenland is hij sinds enkele jaren actief op de Nederlandse amateurvelden. Zijn professionele mindset maakte de overstap naar de amateurs tot een moeizame. ‘Wij Finnen zijn niet de meest gemakkelijke sociale mensen.’

We ontmoeten Tarvajärvi op het sportcomplex van v.v. Heerenveense Boys, de club waar hij deze zomer na een jaar bij Udiros weer is teruggekeerd. Zijn racefiets staat geparkeerd tegen het houten hekje dat het terras afbakent. Goedgemutst praat hij ons bij over zijn nieuwe club. Hij kijkt uit naar het voetbalseizoen. Na mindere jaren bij diverse amateurclubs hoopt hij dit jaar met vele doelpunten zijn club aan succes te helpen.

Go Ahead Eagles was zijn laatste Nederlandse profclub. De toenmalige trainer Erik ten Hag maakte de destijds geblesseerde Finse aanvaller duidelijk dat hij niet op veel speelminuten hoefde te rekenen. ‘Dat heeft mij doen besluiten om in die zomer bij het Finse RoPs te tekenen’, vertelt Tarvajärvi. ‘Een contract voor drie maanden, met de intentie om na de zomer volledig fit terug te keren in Nederland en bij een profclub aan de voorbereiding te beginnen. De competitie in Finland duurt ook maar vijf maanden, dus ik kon meer dan de helft nog meespelen.’

Broodje voor de halve prijs

Zijn plan leek te lukken. Het FC Emmen van Joop Gall zocht een ervaren spits, maar een scheur in zijn hamstring voorkwam een deal. ‘Dat was een klap’, erkent de Fin. ‘Weer revalideren. Bij Go Ahead kampte ik al met wat mentale problemen, tegen een depressie aan. Dat gevoel begon terug te komen.’ SC Joure bood uitkomst. De oude teammanager van SC Heerenveen was daar de voorzitter. ‘Dat was mijn eerste stap in het amateurvoetbal.’

Als de lokale bakker de bal van jou afpakt, is het de volgende dag een broodje voor de halve prijs

Hij kende het Nederlandse amateurvoetbal alleen vanwege de oefenpotjes met zijn profclubs in de voorbereiding. ‘Dat waren altijd verschrikkelijke wedstrijden’, weet hij. ‘Profs houden daar niet van. Je kunt eigenlijk alleen maar slecht spelen. Als je als spits niet meer dan drie goals maakt, heb je het gewoon slecht gedaan. En dan pakt één of andere bakker uit het dorp de bal van je af… Maar ik snap dat het voor de amateurclubs en -spelers heel mooi is. Als de lokale bakker de bal van jou afpakt, is het de volgende dag een broodje voor de halve prijs.’

Te late overschrijving

Tarvajärvi trainde bij Joure en de beloften van SC Heerenveen en had de intentie om terug te keren in het profvoetbal. ‘Opgeven ken ik niet’, legt hij uit. ‘Voetbal was altijd mijn leven geweest, ik was begin dertig. Stoppen was geen optie. Met Joure verloren we veel en dat deed pijn, maar het spelletje was mooi. Ik hield en houd nog superveel van achter de bal aanlopen.’

Na dat jaar bij Joure klopte Emmen weer aan. Hij draaide mee in de voorbereiding en scoorde onder meer de enige goal in de oefenwedstrijd tegen Feyenoord. De spits kreeg een amateurcontract, maar van een comeback kwam het niet. Als amateur van Joure was de overschrijving naar amateur bij FC Emmen niet voor de overschrijvingsdeadline geregeld. Gevolg: Tarvajärvi was niet speelgerechtigd.

Avonturen in Azië

In de zoektocht naar een verlenging van zijn profcarrière belandde Tarvajärvi in Azië. Via zijn zaakwaarnemer kwam hij in eerst in Thailand terecht, alvorens kennis te maken met de gang van zaken in Indonesië. ‘Er waren mij beloftes gedaan dat ik voor een goede club in de buurt van Bangkok ging spelen’, herinnert hij zich. ‘Werd ik ergens tegen de grens van Cambodja in een klein dorp geplaatst, waar ik een week in de achtertuin van de president getraind heb.’ Hij schiet in de lach. ‘Het was geen plek waar ik mijn gezin mee naartoe kon nemen. De dichtstbijzijnde stad lag op 200 kilometer. Dat gingen we niet doen.’

Tegen de grens van Cambodja trainde ik een week in de achtertuin van de president

‘In Indonesië was ik gewoon op vakantie met mijn familie’, gaat hij verder. ‘Via-via kwam ik in contact met een club die een spits zocht. Daar heb ik een ochtend meegetraind. De trainer was helemaal enthousiast. Toen ik de volgende dag wakker werd, stond mijn telefoon vol met berichten. “Gefeliciteerd”, “Mooie uitdaging”, dat soort dingen. Ik snapte er niks van. Bleek dat de trainer in de pers heel positief over me was geweest. Andere media hadden dat in de vertaling gegooid en ervan gemaakt dat ik al getekend had. Dus belde ik maar even met de trainer. Hij bevestigde nogmaals dat ik de speler was die hij nodig had, maar zei ook dat hogere mensen binnen de club over de transfers gingen. Dat bleek, want de volgende dag werd er een Kroatische spits binnengehaald. Toen ben ik lekker vakantie gaan vieren.’

Zware stap naar de amateurs

Terug in Nederland speelde hij aan het einde van het seizoen nog een paar wedstrijden voor Joure. Nadat hij in de zomer weer drie maanden in de Finse competitie actief was, verkaste hij naar Staphorst. Het werd een lastig seizoen. ‘De profwereld had ik wel wat los gelaten, maar mijn mindset was nog heel professioneel’, begint hij zijn uitleg. ‘Op de training ging ik volle bak en ik had geen zin om na afloop wat biertjes te drinken. Ik leefde als een prof: gezond eten en drinken en veel rusten om de volgende dag weer 100 procent te kunnen geven. Dat paste niet helemaal bij de rest van het team. En ik ben een Fin, wij zijn niet de meest gemakkelijke sociale mensen. Staphorst is een hechte community, dat was lastig voor me.’

De stap naar het amateurvoetbal viel Tarvajärvi in eerste instantie dan ook zwaar. Zijn perfectionistische en professionele mindset maakte de aanpassing niet gemakkelijk. ‘Bij de amateurs komen jongens vanuit hun werk of school. Ze komen niet alleen maar naar de club om hard te trainen en beter te worden. Het is ook het sociale aspect. Daar had ik moeite mee. De derde helft sloeg ik ook altijd over. Dat was helemaal niets voor mij.’

Dat hij het seizoen bij Staphorst niet afmaakte, had echter een andere reden. ‘Tsjah… een beetje dom van mij’, erkent hij. ‘Toen ik een blessure had dacht ik gewoon bij mijn eigen fysiotherapeut in Heerenveen te kunnen revalideren. Dan hoefde ik niet steeds helemaal vanuit Heerenveen naar Staphorst te rijden om in een klein hokje te gaan fietsen ofzo. Dat deed ik dus ook niet en dacht dat de technische staf het wel begreep.’ Een verkeerde inschatting, die gevolgd werd door een ander incident. ‘Later zat ik met een nieuwe blessure. Mijn fysio zei dat het zes weken ging duren en mijn familie had een vakantie naar India geboekt. Ik dacht: ik kan toch niet trainen, ik boek ook gewoon. Dat heb ik niet goed gecommuniceerd naar de club.’ Hij lacht zijn tanden bloot. ‘Niet zo super slim van mij.’

Een korte Udiros-carrière

Omdat ook de rit naar Staphorst hem tegen ging staan, besloot Tarvajärvi om zich heen te kijken. ‘Lekker op de fiets naar de club, dat was wat ik wilde.’ Zodoende werd Heerenveense Boys zijn nieuwe club. Ook dat avontuur duurde slechts een jaar. ‘Een leuk jaar overigens. Maar ik ging bij SC Heerenveen de Onder 19 trainen, dus kon ik niet meer op zaterdag spelen.’ Oud-teamgenoot Geert Arend Roorda haalde hem naar Udiros, dat op zondag haar wedstrijden speelt. ‘Hij was daar trainer en vroeg of ik wilde komen. “Alleen als jij ook gaat spelen”, zei ik.’ Direct na de winterstop kwam een tegenstander ongelukkig ten val op de knie van Tarvajärvi. ‘Mijn binnen- en buitenband scheurden en ook m’n meniscus had schade. Dat was het einde van mijn Udiros-carrière.’

Het sociale aspect, daar had ik moeite mee. De derde helft was helemaal niets voor mij

Vanwege privéomstandigheden stopte de bonkige spits deze zomer met het trainerschap bij Heerenveen. Het maakte de weg vrij voor een terugkeer bij Heerenveense Boys. ‘Daar had ik het eerder een jaar goed naar mijn zin gehad. Er voetballen nu veel jonge gasten die lekker hard trainen. Dat is mooi.’

Derde helft wordt beter

Hij geniet nog enorm van het spelletje. Zaterdag is ook voor de Finse aanvaller de mooiste dag van de week. Nog steeds denkt hij goed om zijn lijf, al zegt hij zelf wel wat losser te zijn geworden. ‘Ik wil gewoon goede dingen in mijn buik stoppen. De derde helft is nog zeker niet mijn sterkste punt, maar het wordt beter. Soms blijf ik na de training of wedstrijd wel even hangen. Dat doe ik om een beetje sociaal te zijn, met de jongens te zijn. Het hoort erbij, maar het is moeilijk voor mij. Meestal blijft het bij één drankje. Ik merk dat anderen het waarderen als ik blijf. En uiteindelijk is het ook goed voor mij.’ Een biertje gaat er inmiddels ook bij de viervoudig international van Finland wel in. ‘Daar heb ik heel lang problemen mee gehad. Het gaf me direct een schuldgevoel. Mijn derde helft wordt nu elk seizoen wat langer.’

Dit moet zijn eerste volledige succesvolle jaar worden in het amateurvoetbal. Hij is fit en ambitieus, blijkt als we hem vragen naar zijn doelen. ‘We moeten bovenin eindigen en ik wil zeker meedoen om de topscoorderstitel.’ Tarvajärvi merkt dat tegenstanders soms extra gemotiveerd zijn als ze hem tegenover zich hebben. Geen probleem, zo vindt hij. ‘De meesten hebben gewoon respect en doen normaal. Zo hoort het ook. Ik heb ook gewoon respect voor de bakker die mij op het veld moet verdedigen. Wel zie je te vaak dat er domme tackles worden ingezet of ruzietjes ontstaan. Daar kan ik me totaal niet in vinden. Emotie hoort erbij, maar soms komt er iemand als een straaljager invliegen. Ach, het spelletje is zo mooi, dus dat neem ik voor lief.’

Een biertje gaf me direct een schuldgevoel

Goaltjes prikken

Met die schoppen had ook ex-prof Danny Koevermans te maken toen hij bij de amateurs ging spelen. De voormalig spits van onder meer AZ en PSV besloot daarom als verdediger te gaan spelen. Hij kent het verhaal. Een brede grijns verschijnt op zijn gezicht. ‘Niks voor mij. Ik speel nu meer “vanaf 10”, lekker de ruimtes zoeken. Daardoor is het leunwerk tegen verdedigers en het incasseren van schoppen op de achillespezen er gelukkig niet meer bij.’ Verdedigen is dus geen optie? Lachend: ‘Als de trainer het wil… Nee, laat mij maar dicht bij de goal van de tegenstander spelen. Goaltjes prikken, een lekkere assist geven. Dat is het mooiste wat er is. Ook op dit niveau.’

Vanuit zijn ervaringen als profspeler en als jeugdtrainer probeert hij zijn nieuwe, vooral jonge, medespelers te helpen. ‘Je probeert ze wat mee te geven.’ Hij benadrukt dat hij absoluut niet op de stoel van de trainer wil gaan zitten. ‘De trainer heeft zijn eigen visie en werkwijze, daar bemoei ik me niet mee. Als hij me iets vraagt, geef ik altijd m’n mening. Maar de trainer maakt de keuzes.’ Dan met enige aarzeling: ‘Dus als hij wil dat ik centraal achterin ga spelen, dan speel ik daar.’ Lachend: ‘Dat hoop ik natuurlijk niet, dus schrijf het maar niet te groot op.’

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp

Over de Bal neemt jou met achtergrondverhalen en reportages mee in
de magische wereld van het Nederlandse amateurvoetbal.

Copyright © 2018 - 2024 | Over de Bal

Over de Bal neemt jou met achtergrondverhalen en reportages mee in
de magische wereld van het Nederlandse amateurvoetbal.

Copyright © 2018 - 2024 | Over de Bal