wesley-walstra-01-uitsnede2

‘Ongelooflijk dat jij het profvoetbal nooit hebt gehaald’

Veel jonge amateurvoetballers dromen op jonge leeftijd van een profvoetbalcarrière. Bij Wesley Walstra (29) was dat niet anders en hij had er ook het talent voor. Toch zat het betaalde voetbal er voor de Groninger niet in, deels door pech, deels door andere keuzes. Over de Bal sprak met de aanvoerder van vv Groningen (VVG) over zijn amateurvoetballoopbaan en de gemiste kansen op een stap hoger. ‘Bij SC Veendam had ik door moeten gaan. Voetballend gezien de enige keuze waar ik achteraf écht spijt van heb’, zegt hij.

‘Ongelooflijk dat jij het profvoetbal nooit hebt gehaald’, zei Walstra’s trainer bij VVG – Gert Haak – recent nog tegen hem. De speler in kwestie zelf grijnst. ‘Tja, dat hebben er meer gezegd. Mijn oud-trainers bij FC Groningen; Barend Beltman, Egge Knol en Grafton Holband snappen het ook niet. In het wereldje moet je ook domweg geluk hebben’, vindt hij. De Groninger, die centraal in de defensie en op het middenveld uit de voeten kan, startte met voetballen bij Velocitas 1897. ‘Daar werd ik gescout door FC Groningen, waar ik als E-junior in de voetbalschool terechtkwam en doorstroomde naar de D-pupillen. Tot aan de B’ers. Ik was vrij klein, begon ineens te groeien en daar had ik last van. Daardoor heb ik driekwart jaar niet gevoetbald en na dat seizoen werd ik weggestuurd.’ Walstra baalde, maar meldde zich bij De Vogels. ‘In de B1 kon ik daar vrijuit en zonder druk voetballen en dat pakte goed uit. Na een half jaar belden SC Veendam en SC Heerenveen of ik bij hen kwam spelen.’

Terug naar FC Groningen

Ex-profvoetballer Tony McNulty, die ook bij De Vogels rondliep, werd voor Walstra een tussenpersoon in het contact met de clubs. ‘Maar het bizarre was dat FC Groningen zich opeens ook weer meldde, terwijl ik daar een half jaar eerder nog was weggestuurd. Maar als echte Groninger hapte ik toch toe.’ Als 16-jarige trainde Walstra twee keer in de week mee en speelde hij oefenduels. Toen volgde het evaluatiegesprek. ‘Sipke Hulshoff en Peter Jeltema vonden dat ik tijdens trainingen te stil en afwezig was, maar in wedstrijden vonden ze mij juist één van de betere spelers. Desondanks mocht ik de club verlaten. Alweer’, herinnert Walstra zich. McNulty zat ook bij dat gesprek en was woest. ,,Jullie sturen hem eerst weg, halen hem vlak daarna terug, waar hij in dezelfde spelersgroep terechtkomt en soms wat stil is, terwijl hij in wedstrijden wél presteert. Dáár gaat het toch om?’’, zei hij. Tja, en zo was het ook. Ik heb m’n bek altijd vooraan, maar niet op dat soort momenten. Ik vond het jammer, maar ging met net zoveel plezier naar SC Veendam.’

Ik heb m’n bek altijd vooraan, maar niet op dat soort momenten

Studie als prioriteit

Bij SC Veendam kwam Walstra in de A1 terecht, met onder meer Gersom Klok, Niels van Delden en Niels van Dalen als ploeggenoten. ‘Ik trainde ook regelmatig met de beloften mee, onder leiding van Dick Lukkien. Een strenge trainer trouwens’, lacht hij. Garanties op een profvoetbalcarrière waren er echter niet. ‘Vijf keer per week ging ik op en neer naar Veendam, maar ik neigde er meer naar om de prioriteit bij mijn studie te leggen en dat liet ik weten. De trainers Jouke Faber, Dick Lukkien en Joop Gall probeerden mij te overtuigen om te blijven, maar ik besloot anders. Op voetbalvlak de enige keuze waar ik achteraf echt spijt van heb gehad.’ Als je er eenmaal bij zit kan het snel gaan, denkt Walstra inmiddels. ‘Kijk naar hoe snel het met Kevin Strootman is gegaan. Ik zal nooit weten of zo’n route ook voor mij was weggelegd. Eenmaal in de Jupiler League sta je toch meer in de schijnwerpers dan op een lager niveau. Maar ik heb wel mijn benodigde schooldiploma’s gehaald. Daar ben ik blij mee.’

Schotse stage

De Groninger keerde terug bij jeugdliefde Velocitas 1897, waar hij als centrale verdediger in het eerste elftal speelde. ‘Ook in die periode werd er regelmatig door andere clubs geïnformeerd, zoals SC Genemuiden en Harkemase Boys. En ik kon er altijd de klok op gelijk zetten dat PKC ’83 belde. Bij zulke clubs valt als amateurvoetballer een leuk zakcentje te verdienen, zeker tien jaar geleden, toen er nog behoorlijk werd betaald. Maar geld is nooit mijn drijfveer geweest om voor een club te kiezen. Ik had toen maar één doel: met Velocitas naar de Eerste Klasse.’ Toen de Schotse club Aberdeen Walstra op zijn achttiende benaderde voor een stage, begon hij toch te twijfelen. ‘Dat contact kwam tot stand via Velocitaan Maurits Commers, die wel vaker buitenlandse stages voor amateurvoetballers regelde. Maar ik wimpelde de stage toch af. Ik denk diep van binnen dat het angst was. M’n broer en vrienden verklaarden me voor gek. En ik geef ze gelijk, denk ik nu. Want het was toch een mooie ervaring geweest.’ Eén van zijn belangrijksre missies behaalde hij dat seizoen wel: het lukte hem om dat seizoen kampioen te worden met Velocitas, waardoor de club promoveerde naar de Eerste Klasse. Na dat seizoen in de Eerste Klasse zocht hij alsnog een nieuwe uitdaging. Dat moest PKC’83 worden.

Geld is nooit mijn drijfveer geweest om voor een club te kiezen

Una Bestia

Maar voordat de centrale verdediger het tenue van PKC’83 überhaupt voor de eerste keer moest aantrekken, diende zich alsnog een mooi avontuur over de grens aan. ‘Via een Italiaanse vriend van mij, Dani Turdo, kon ik op stage bij Perugia’, vertelt Walstra. Bij Veendam werd het niets, Aberdeen hield hij af, dus dit avontuur moest het worden, zo was de gedachte. ‘Ik stuurde foto’s en filmpjes van OOG-tv als bewijs toe. Als reactie kreeg ik: Una Bestia. Ik spreek geen woord Italiaans, maar Dani – die als tolk optrad – vertelde me dat het positief was. ,,Ze vinden je een beest, een grote vent. Die hebben ze daar niet zo veel’’, zei hij. Perugia was op dat moment bijna kampioen van de Serie D, dus voor de Groninger lonkte een voetbalcarrière in de Serie C. ‘Een droom’, zegt Walstra. ‘Alles was geregeld: vliegtickets en in Italië een gesprek met de trainer en president van Perugia. In aanloop ernaartoe stopte ik met roken, alcohol drinken en ik deed extra krachttrainingen in de sportschool.’

Op krukken in het vliegtuig

Eerst stond voor Walstra met Velocitas nog de laatste wedstrijd van het seizoen op het programma, thuis tegen FC Wolvega. ‘We hadden nog een punt nodig om niet uit de Eerste Klasse te degraderen, maar kwamen snel met 0-1 achter. Na twintig minuten wilde ik op het middenveld een diepe bal geven en draaide om een pass te geven, maar mijn knie draaide niet mee en klap, knie kapot’, blikt hij terug. Walstra werd vrij snel daarna geopereerd aan zijn meniscus, maar toen stond die afspraak met Perugia nog. Hij lacht schaapachtig als dat moment ter sprake komt. ‘Ik kwam op krukken aan op het vliegveld. En hoewel ik heel netjes werd ontvangen, lieten ze al vrij snel weten dat het feest niet doorging. Ik kon niets laten zien en dus niet op proef komen. Ik heb nog een rondleiding in het stadion gehad en met de trainer en president gesproken, maar baalde voortdurend dat de stage niet doorging. En zo’n gezicht trok ik volgens mij ook. Je weet immers al hoe laat het is.’

Uitschot

‘Na die blessure pakte ik de draad weer op bij PKC ’83, waar ik twee topjaren heb gehad. In het seizoen 2014-2015 eindigden we als tweede en pakten we een periodetitel, mede door een 3-4 zege in de derby bij Oranje Nassau. Ik maakte twee goals. Man, wat was dat een geweldige middag.’ In de nacompetitie volgde vervolgens een duel met Berkum. ‘Het publiek en het bestuur van die club snauwden ons nog voor de wedstrijd toe dat we niets in de nacompetitie te keken hadden, dat alle PKC’ers uitschot waren. Dat beloonden we met een 0-3 zege en ook toen scoorde ik twee keer’, lacht hij. De andere ploeg in de nacompetitie was Staphorst, maar zij bleken een maatje te groot. De tijd bij PKC ’83 had Walstra voor geen goud willen missen. ‘Het is een club van het kamp hé. Sommige mensen die toen bij ons langs de lijn stonden, schroomden niet om je even flink op je plek te zitten als het slecht was. ,,Wesley, wat heb jij klote gespeeld vandaag’’, hoorde ik dan. Ja, sorry, ik weet het, zei ik. En vervolgens kreeg ik een biertje in de handen gedrukt. Ook dat is PKC ’83. Mooi hé?’

Stuntclub VVG

Omdat hij graag nog eens met zijn broer Jaimie wilde voetballen, besloot Walstra na twee seizoenen bij PKC ‘83 naar VVG te gaan. ‘Het eerste seizoen werd meteen een succesjaar, via de nacompetitie promoveerden we’, weet hij nog goed. En dat gebeurde met een sterke selectie, terwijl VVG een aantal seizoenen geleden nog op het laagst denkbare niveau speelde. Walstra lacht: ‘Ik weet waar je op doelt, maar nee. Bij VVG wordt écht niet betaald. Het is gewoon een sneeuwbaleffect van jongens die elkaar enthousiast hebben gemaakt om er te voetballen. Ik vanwege m’n broer, maar Ivan Landlust kwam bijvoorbeeld van ONS Sneek over omdat zijn goede vriend Patrick Goedhart er al jaren speelde. En zo zijn er meer voorbeelden. Met bekende namen haal je bekende namen in huis.’ In dat seizoen zette VVG zich ook op de landelijke voetbalkaart. De Groningers mochten als tweedeklasser in het nationale KNVB-bekertoernooi uitkomen omdat ze in het seizoen daarvoor de halve finales van de districtsbeker hadden bereikt. ‘In de kwartfinale versloegen we toen hoofdklasser SC Genemuiden met 2-3. Toen we in de rust in de kleedkamer zaten, hoorden we die trainer van hun tekeer gaan joh, terwijl wij bijna over de grond rolden van het lachen. Dat gaf een boost om er nog een schepje bij te doen. Ik maakte de derde goal en onze meegereisde supporters renden al tijdens de wedstrijd het veld op om de zege te vieren!’ De eerste ronde van de KNVB Beker overleefde VVG uiteindelijk zelfs: eersteklasser RKVV Velsen werd met 0-1 verslagen. ‘Op bezoek bij Derde Divisie-club OJC Rosmalen werden we in de tweede ronde helemaal scheel getikt en gingen we er met 5-1 af. Maar dat mocht de pret niet drukken. Dat seizoen werden we in de Tweede Klasse bovendien kampioen.’

We hoorden hun trainer tekeer gaan, terwijl wij bijna over de grond rolden van het lachen

Imago

In de Eerste Klasse vergaat het VVG en Walstra dit seizoen minder: de club staat stijf onderaan. ‘Maar wij leggen ons niet zomaar bij degradatie neer. Wij kunnen ook zomaar van de koploper winnen. Er is dit seizoen veel pech met blessures, schorsingen en jongens die besloten te stoppen. Veel ging de laatste jaren voor de wind, dus bij tegenslagen gaan de koppies nu wat sneller hangen.’ De aanvoerder van VVG vindt dat zijn ploeg in het restant van de competitie nog meer voor elkaar door het vuur moet gaan. ‘En niet alleen als we in de kroeg zitten’, gniffelt hij. Ondanks al die resultaten is de sfeer wel voortdurend goed gebleven, vervolgt Walstra. ‘VVG is een rauwe, maar ook een warme club. Vanwege het imago dat bij VVG veel voormalige leden van de harde kern van FC Groningen zitten, hebben veel mensen vooroordelen over de club. Maar iets als eerlijkheid staat bij VVG juist heel hoog aangeschreven. En zo zit ik zelf ook in elkaar.’

Gemengd gevoel

Ondanks het mislopen van de profvoetbalavontuur zijn er veel mooie dingen die Walstra nog lang bijblijven. Hij ziet de titel met Velocitas in de Tweede Klasse als één van die hoogtepunten. ‘Eigenlijk wilde ik dit seizoen terug naar Velocitas, maar toen had de club al besloten om de zondagtak op te heffen en zaterdag in de Vijfde Klasse opnieuw te beginnen. Maar ik wilde daar niet nu al spelen, dat kan later ook nog wel.’ Walstra kijkt ondertussen met een gemengd gevoel naar de ontwikkelingen bij de club waar hij als kind groot werd. ‘Velocitas is goed bezig met de jeugd, maar het warme gevoel dat ik vroeger bij de club had, is verdwenen. De volledige focus op de jeugd heeft gebotst met de oudere generatie. Daardoor hebben jongens die ik goed ken de club de rug toegekeerd. Er had beter een balans kunnen worden gezocht, dan hou je iedereen tevreden. Veel echte Velocitanen komen daardoor niet meer bij de club en dat vind ik jammer. De familie Klunder stond er altijd achter de bar, maar daar is afscheid van genomen. Dat moet je juist niét doen, denk ik dan. Maar desondanks blijft Velocitas mijn club.’

Sigaretje en borreltje

Een avontuur als profvoetballer zit er inmiddels niet meer in, al wordt Walstra er nog regelmatig aan herinnerd hoe het ook had kunnen lopen. ‘Een scout van FC Groningen liet onlangs nog na een wedstrijd via een teamgenoot ontvallen dat het zonde is dat ik het profvoetbal niet heb gehaald. Zoiets streelt mijn ego dan, maar aan de andere kant denk ik ook van: waarom komt zo’n club dan niet eerder of wordt er gezorgd voor een betere begeleiding? Maar ik heb me erbij neergelegd. Een sigaretje en een borreltje na afloop vind ik nu ook veel te gezellig.’

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp

Over de Bal neemt jou met achtergrondverhalen en reportages mee in
de magische wereld van het Nederlandse amateurvoetbal.

Copyright © 2018 - 2024 | Over de Bal

Over de Bal neemt jou met achtergrondverhalen en reportages mee in
de magische wereld van het Nederlandse amateurvoetbal.

Copyright © 2018 - 2024 | Over de Bal