Als de navigatie ons keurig op sportpark De Brem heeft gebracht, leidt een alleraardigst oprijlaantje ons naar de twee velden van Kraggenburg. En daar vallen onze monden nog net niet open van verbazing. Eerlijk is eerlijk, we hebben heus al veel mooie grasmatten gezien, maar wat we op De Brem aantreffen is eigenlijk een staande ovatie waard. ‘De terreinmeester moet haast wel connecties hebben met die van De Kuip’, zegt één van ons. Zelden zulke piekfijne velden gezien. Geen wonder dat Hoofdklasse-clubs hier maar wat graag hun oefenduels afwerken.
Dat ze in Kraggenburg zuinig zijn op hun groene paradepaardjes, blijkt wel uit een waarschuwingsbord waarop in drie talen staat dat je de velden niet zomaar mag betreden. Zelfs in het Pools. Maar omdat we nou eenmaal overal de regels overtreden, blijven we consequent. Als je de schoonheid van amateurvoetbalclubs in beeld wilt brengen, moet je nou eenmaal het veld op. Wij zijn jaloers op de clubleden van deze bescheiden vierdeklasser. Al is er ook één nadeel. Want als je hier als aanvaller een kans voor open doel mist, gaat de opmerking ‘rotveld’ nooit op.