Onze ronde begint met een kletspoot op het hoofdveld. En da’s vrij bijzonder, want het is een dag waarop de mussen bijna van het dak vallen. Van de hitte welteverstaan. De veroorzaker van die kletspoot zit iets verderop op z’n hurken in het strafschopgebied een waterslang te inspecteren. ‘Ja, dat beregenen gaat niet zonder slag of stoot’, zegt de terreinmeester lachend, voordat hij koers naar het materialenhok zet om weer een aantal slangen uit te stallen. Hij heeft er geen moeite mee als wij een rondje foto’s schieten. ‘Nee joh, ga je gang. Maak er wat moois van’, vertrouwt-ie ons toe.
En dat schieten van mooie kiekjes lukt wel op Sportpark Julianastraat. Al was het maar omdat je dit type dug-outs zelden ziet. ‘Het lijkt wel alsof ze bijna omvallen’, concluderen we. Toch staan ze stevig in de grond. Net als de kantine, die juist wat hoger ligt en voor toeschouwers precies over de dug-outs goed zicht biedt op het veld. Als we ons rondje gedaan hebben, is de materiaalman nog altijd druk in de weer met z’n waterslangen. Als hij even niet oplet, struikelt-ie over het trappetje naast de kantine. Hij kijkt meteen lachend achterom: ‘Ja, hier gaat nog weleens iemand op z’n snufferd. Vooral als het in de kantine gezellig is geweest.’