En als we daar rondstruinen, treffen we vrijwilliger Jan, die op het punt staat om de lijnen op het hoofdveld er vers op te zetten. Hij vertelt enthousiast over het kleine clubje, dat alle zeilen moet bijzetten om bestaansrecht te houden. Hij wijst naar de reclameborden om het hoofdveld. ‘Niet elke onderneming in de buurt heeft hier per se baat bij een reclamebord, maar ze financieren er wel eentje omdat ze ons een warm hart toedragen’, zegt hij. En klein clubje of niet, de groenwitten worden steevast gesteund door een grote supporterschare. ‘Er staat altijd een man of 120 langs de lijn. Ook in uitwedstrijden hebben we veel fans’, zegt Jan trots. Mooie cijfers voor een dorp met zo’n 900 inwoners.
Dat de club een echte dorpsfunctie heeft, wordt ook duidelijk op een groot spandoek achter het doel. De tekst ‘ons veld, ons dorp, onze club’ spreekt boekdelen. Pronkstuk van De Hoogkaamp is echter het robuuste kassahokje, zo vinden wij unaniem. ‘Een oud brugwachtershuisje die we ooit in Coevorden op de kop wisten te tikken’, zegt Jan. Hij glundert als-ie er over vertelt, om vervolgens een paar flinke tikken tegen het gebouwtje aan te geven. ‘Zie je wel? Vandaalbestendig!’